Wilfried Lemahieu: “Samenwerking met de studenten- en alumnikring behoorde tot de aangenaamste aspecten van mijn decaanschap”

Zoals de traditie het wil, geeft ook de decaan van de Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen een toespraak op het jaarlijkse seniorenfeest van Ekonomika Alumni. Voor decaan Wilfried Lemahieu was het voor de laatste maal vermits hij er na acht jaar het maximum van twee mandaten heeft opzitten. Namens de faculteit heette hij de talrijk opgekomen senioren (ruim 130) van harte welkom op 25 april 2025 in de Leuvense Faculty Club.

Decaan Wilfried Lemahieu: “De verleiding is dus groot om dit forum te gebruiken voor een nostalgische terugblik, maar anderzijds: de toekomst lacht ons toe. Een nieuwe decaan is al verkozen (nvdr: Sophie De Winne), waar ik het volste vertrouwen in heb, en er is een nieuwe ploeg van vice-decanen binnen de faculteit samengesteld, en een nieuwe rector met een nieuwe beleidsploeg. Geen tijd dus om terug te kijken; laat ons vooruitkijken, weliswaar met in het achterhoofd wat we geleerd hebben in de voorbije acht jaar. Mijn speech zie ik daarom graag als een wenslijst, zeg maar een soort van nieuwjaarsbrief, met mijn hoop en wensen voor de nieuwe bestuursploegen op facultair en zeker ook op universiteitsniveau. Kortom: het is niet helemaal de juiste tijd van het jaar, maar als vijgen na Pasen mogen, dan ook een nieuwjaarsbrief na Pasen. Zodus: hierbij de nieuwjaarsbrief van uw kapoentje Wilfried, te Leuven, 25 april 2025.” Wilfried Lemahieu had een wenslijstje van vijf puntjes meegebracht.

Vasthouden aan onze waarden

“Ten eerste: we bestaan als universiteit intussen al 600 jaar. Laten we ons dus in het publieke debat niet in een hoekje laten drummen door de waan van de dag, of door externe druk. Laten we vertrekken vanuit onze eigen waarden, zonder koppig of eigengereid te zijn, maar wel standvastig opkomen voor waar we in geloven en waar we voor staan. Ook al maakt dat ons op korte termijn het leven misschien niet altijd makkelijker. Maar dat hoeft ook niet: we houden het tenslotte al 600 jaar vol; we kunnen tegen een stootje. En dit is natuurlijk een hot topic: zie de druk die Harvard University momenteel ervaart, en hopelijk blijft weerstaan. Die druk kan trouwens ook bij ons zowel van de linker- als van de rechterzijde komen. Laten we vooral het hoofd koel houden, bij de feiten blijven en ver weg van polarisering de nuance blijven opzoeken. En ook: laten we blijven zoeken naar common ground, zelfs tegenover partijen met redelijk extreme standpunten: waarom doen ze wat ze doen en op welke punten kunnen we het wél eens zijn?"

Gedragen besluitvorming

Wilfried Lemahieu: “Bij de manier waarop we onze universiteit besturen en beslissingen nemen, moeten we zoeken naar gedragenheid en common ground. Met een gedragen, maar toch daadkrachtige besluitvorming. Dat hebben we de voorbije jaren proberen te doen binnen de faculteit, wat niet makkelijk is in een organisatie met vier campussen, ongeveer 1000 personeelsleden, 10.000 studenten en wellicht ongeveer evenveel opinies. De universiteit als geheel is natuurlijk nog vele malen groter en complexer, maar ik denk dat we ook daar dat evenwicht moeten blijven opzoeken tussen doortastend blijven, maar toch ook de input van alle categorieën van stakeholders meenemen. Dat betekent niet dat we ieders opinie kunnen honoreren, maar het blijft wel belangrijk om voldoende brede input mee te nemen om alle facetten en consequenties van een beslissing helder te krijgen.

En als we het dan toch over complexiteit hebben: ik denk dat we ook binnen Europa moeten nadenken over hoe we kunnen streven naar een gezond evenwicht tussen doortastende besluitvorming en gedragenheid, ook al zijn er heel uiteenlopende meningen en strekkingen. Ik denk dat de sleutel tot veel mondiale problemen, of toch hoe we daar binnen ons continent het hoofd aan bieden, net op Europees niveau zal liggen in de komende jaren.”

Keuzes maken bij schaarse middelen

“Een derde punt is de werkdruk binnen onze universiteit. We maken ons terecht zorgen over slinkende middelen vanuit de overheid, en we moeten blijven bewaken dat we de gepaste middelen krijgen om onze maatschappelijke rol op gebied van onderwijs, onderzoek en dienstverlening met dezelfde hoge kwaliteit te kunnen blijven waarmaken. En natuurlijk: met voldoende academische vrijheid.

Maar tegelijk: mijn vrouw staat in de lagere school en daar krijgen de kinderen bij hun taken vaak zowel een aantal ‘moetjes’ als een aantal ‘magjes’ mee. We moeten ook als universiteit dat onderscheid blijven maken, zeker in een periode van krimpende middelen. En we zijn in veel zaken goed, maar waar we niet goed in zijn is in iets afschaffen of een initiatief stopzetten. En toch, als we willen blijven innoveren, en willen zorgen dat nieuwe waardevolle initiatieven ook voldoende van onze schaarse middelen krijgen, dan moeten we af en toe ook eens durven om iets niét te doen, of niet meer te doen. Niet met de botte bijl, maar met transparante argumenten en ook daar strevend naar gedragenheid."

“Geef ruimte aan studenten en alumni om de universiteit mee vorm te geven. Betrek hen!”

Onderwijsmodel herijken

Wilfried Lemahieu: “Een vierde punt, is ons onderwijsmodel. Tijdens covid hebben we een quantum leap genomen in het introduceren van nieuwe, online technologie in ons onderwijs. Alleen twee nadelen: online was toen noodgedwongen een substituut voor on campus, eerder dan een complement, én elke docent heeft ietwat op eigen houtje een doceermodel voor zijn of haar vakken ontwikkeld. Er was weinig coördinatie over vakken en programma’s heen, ah ja, want we moesten allemaal in ons kot blijven. We hebben ondertussen wel stappen vooruit gezet, maar die twee uitdagingen blijven: zorgen dat technologie en online-werkvormen in functie staan van ons on campus-onderwijs, en het versterken eerder dan het te vervangen.

Want wat de covid-periode ons ook geleerd heeft is hoe belangrijk sociale contacten op de campus zijn, zowel voor het geestelijke welzijn van onze studenten als voor het leerproces zelf. En toch krijgen we sommigen met geen stokken terug naar de campus. En ten tweede: het zinvol inzetten van onderwijstechnologie vraagt visie en coördinatie op niveau van opleidingen, en niet van individuele vakken. En dan kan technologie inderdaad een belangrijke rol spelen: omgaan met beperkingen of leerstoornissen, inclusie verhogen door toe te laten dat leerstof tijdsonafhankelijk en op eigen tempo verwerkt wordt, plaatsonafhankelijkheid ondersteunen – wat dan weer mooi meegenomen is voor een faculteit met meerdere campussen – en ook, laten we daar niet flauw over doen, een stukje customer intimacy voorzien in opleidingen die gezegend zijn met zeer grote studentenaantallen, zoals aan onze faculteit.

Woningkrapte

Maar laten we ook verder in de toekomst kijken: er is de krapte op de kotenmarkt, een deel van de studenten is mede om die reden minder en minder bereid om op kot te gaan, en misschien zullen diegenen die nog wel op kot gaan dat niet meer per se in het centrum van Leuven of Brussel kunnen doen. Zeker voor de KU Leuven die bij uitstek altijd geteerd heeft op kotstudenten betekent het dat we in ons onderwijsmodel moeten nadenken hoe we met ruimte en tijd omgaan, waarbij digitalisering een stukje kan helpen om ruimte- en tijdsonafhankelijk te werken, maar zonder dat het sociale aspect van on-campus onderwijs in het gedrang wordt gebracht. Net daarvoor moet je op niveau van de hele opleiding nadenken: op welke momenten willen we onze studenten op de campus hebben, en wat willen we daar bieden als meerwaarde dat we niet online kunnen bieden? En voor welke doeleinden is online wél de meest efficiënte oplossing? Daar zit niet enkel een didactisch aspect aan, maar ook een belangrijke plannings- en organisatorische component.”

Artificiële intelligentie

Wilfried Lemahieu: “En als we het toch over digitale technologie hebben, dan kunnen we natuurlijk ook niet om ChatGPT en AI in het algemeen heen: hoe kunnen we onze studenten helpen om deze te gebruiken als nuttige instrumenten in hun leerproces, en niet als substituut voor zélf nadenken? En tegelijk, welke skills moeten we onze studenten bijbrengen om straks als ze afgestudeerd zijn succesvol te zijn in de nieuwe wereldorde die zich stilaan ontvouwt, en waar zowel geopolitieke ontwikkelingen als technische evoluties een sterke impact zullen hebben op onze jobs en de skills en expertise die we in Europa nodig hebben om voor onszelf te zorgen, en misschien zelfs ons te verdedigen waar nodig?"

Samenwerking met studenten en alumni

Wilfried Lemahieu: “Geef ruimte aan studenten en alumni om de universiteit mee vorm te geven. Betrek hen! Eigenlijk omwille van alle voorgaande punten. En ook ietwat zelfzuchtig. Ik heb het al vaker gezegd: als ik onze faculteit vergelijk met veel internationale business schools, dan doen we het vaak beter dan hen ondanks dat we over veel minder middelen beschikken, want onze studenten en alumni nemen heel wat taken op zich die bij andere instellingen door het personeel gebeuren. Denk aan onboarding van studenten, het on-campus-leven, sociale contacten en welzijn, praktijkervaring, case competitions, jobbeurzen, voorbereiding op de arbeidsmarkt, netwerking, levenslang leren, een eigen tijdschrift ECONnect …

Ik heb al vaak gezegd dat de samenwerking met de studenten- en alumnikring tot de meest aangename aspecten van mijn job als decaan behoort, maar ik ben ervan overtuigd dat het ook tot de meest nuttige behoort. Utile et dulci, zoals ze bij Ekonomika zeggen.

Toegegeven, daarmee heb ik toch ook een beetje teruggekeken. Ik zal het missen, ik zal jullie missen, maar ik ben niet weg natuurlijk. Ik ga me de komende jaren opnieuw toeleggen, en om te beginnen inwerken, in mijn onderwijs en onderzoek. Eén van mijn eigen onderzoektopics is AI, dus er is wel wat gebeurd de laatste jaren en ik heb wel wat in te halen. Maar ook: hopelijk heb ik in de komende jaren meer tijd om eens gewoon een event van Ekonomika Alumni bij te wonen als alumnus, en niet als decaan. Dus ik zou zeggen, tot ziens, maar eerst en vooral: smakelijk!”

Fa Quix