Senior Series

De Senior Series is een initiatief van Freddy Nurski, voorzitter van de seniorenafdeling van Ekonomika Alumni. De formule bestaat uit een middagcauserie met een lezing door een eminente spreker, gevolgd door een lunch. Grosso modo vindt de reeks eenmaal om de twee maanden plaats, meestal in de Faculty Club in Leuven, maar een activiteit op verplaatsing is ook steeds mogelijk. Voorbije sprekers waren o.m. diplomaat baron Frans Van Daele en radiomaker Jan Hautekiet. Op 5 september 2024 sprak prof. em. Wim Moesen voor een geïnteresseerd publiek.

Prof. em. Wim Moesen: Overheidsbegroting is ook de morele blauwdruk van een natie

“De begroting van de overheid is meer dan een grote tabel of optelstelsom van een eindeloze reeks van cijfers. Neen, het is ook de morele blauwdruk van een natie. Het gaat erom wat de begroting eigenlijk betekent voor de burger en de welvaart van het land. In een democratie staat een begroting voor de beleidsprioriteiten van een land: wat is belangrijk voor onze samenleving en wat moet de overheid doen? En wat is minder belangrijk. En finaal gaat het ook om de financiering daarvan: hoe gaan we dat sluitend gefinancierd krijgen?” zo sprak prof. em. Wim Moesen op een middagcauserie in de Leuvense Faculty Club op 5 september 2024, in het kader van de Senior Series van Ekonomika Alumni.

Professor Wim Moesen gaf vooreerst een overzicht van de redenen waarom de jongste jaren het overheidstekort en de overheidsschuld in België, maar ook in vele andere landen, fors opgelopen is. “De grote crisissen sinds 2020, nl. de coronacrisis, de inval van Rusland in Oekraïne, en de eruit voortgevloeide energiecrisis, zitten daar voor veel tussen. Die hebben de overheden verplicht om, onder het goedkeurend oog van een soepeler toekijkend Europa, daar adequaat op te reageren. Met de bedoeling om grote catastrofes te vermijden zoals massale werkloosheid en een golf van faillissementen.

Grabbelton

“Die opeenvolgende crisissen hebben naar schatting aan de Belgische Schatkist zo’n 45 miljard euro gekost. Na die crisissen hebben de meeste landen inspanningen gedaan om hun overheidsfinanciën terug op orde te krijgen. België heeft evenwel verzuimd om dit te doen. Daardoor heeft België nu een schuldgraad van 106% van het BBP en een jaarlijks overheidsdeficit van circa 4,5% van het BBP (waar ‘Europa’ de limiet legt op resp. 60% en 3%). Daarmee zitten we in de weinig benijdenswaardige schuldenkopgroep in Europa.”

“De overheidsbegroting is dus de uitdrukking van wat een democratische samenleving wil realiseren. Vandaar dat ik spreek van de ‘morele blauwdruk van een natie’: de begroting drukt uit wat een land belangrijk vindt voor haar burgers. Maar je kan het ook minder rooskleurig uitdrukken: het is een grabbelton van publieke middelen. De burgers willen er zoveel mogelijk uit halen, maar tegelijkertijd er ook zo weinig mogelijk aan bijdragen (belastingen betalen). Dat verklaart meteen ook waarom overheidstekorten de neiging vertonen om alleen maar toe te nemen. Dat is een algemeen fenomeen, niet alleen een Belgisch. Dat leidt tot de legendarische ‘fiscale uitgaven’ of fiscale aftrekken. We zien dat uitgedrukt in de fiscale codes op de belastingaangifte. Er is geen land ter wereld dat zoveel fiscale codes heeft als België , nl. 800! Dát is eigenlijk ten gronde het probleem van onze openbare financiën.”

Civiel Kapitaal

Hoe geraken we eruit? Professor Moesen vindt vooreerst dat er een mentaliteitsprobleem is. “Kunnen we de houding van tolerantie voor excessen van uitgaven, zeg maar het leegplukken van de kip van de ontvangsten, omkeren?” Hij spreekt van ‘civiel kapitaal’, dat is de wijze waarop mensen zich gedragen in het publieke domein. “Inciviel kapitaal gaat van bv. vandalisme van bushokjes, over het achterlaten van zwerfvuil en het niet-respecteren van de verkeersregels tot milieuvervuiling en belastingontduiking.

Civiel kapitaal gaat uiteindelijk om de volgende drie vragen: één, is er een legitieme regering, m.a.w. werkt de democratie en kan er adequaat geregeerd worden? Twee, kunnen de ambtenaren de regeringsbeslissingen correct implementeren op het terrein? En drie, zijn de burgers bereid tot coöperatief gedrag en willen ze loyaal staan tegenover de regeringsbeslissingen en de daaruit voortvloeiende handhaving door de ambtenaren?”

Professor Moesen geeft 3 aanbevelingen om tot gezonde overheidsfinanciën te komen. “Vooreerst mag een overheid alleen in het rood gaan voor leningen voor overheidsinvesteringen, maar niet voor de lopende uitgaven. En die investeringsuitgaven mogen het tekort ook niet hoger laten oplopen dan 3%. Die overheidsinvesteringen kan van alles zijn: gevangenissen, scholen, wegeninfrastructuur, hoogspanningsnetten, digitale infrastructuur… Maar België heeft in het verleden net het omgekeerde gedaan, vooral de tekorten laten oplopen voor recurrente uitgaven en niet voor overheidsinvesteringen, want die blijven eigenlijk structureel te laag.”

“Ten tweede hebben we een grondige fiscale hervorming nodig, die vooral een vereenvoudiging moet opleveren. Weg met die fiscale ‘koterijen’. En drie, weg met de subsidiestokerij. België geeft in vergelijking met het gemiddelde van de buurlanden 14 miljard € per jaar méér uit aan economische subsidies. Dat gaat wel om een brede waaier van uitgaven, zoals de miljarden aan de NMBS, de dienstencheques, kortingen op de loonkosten voor ploegen- en nachtarbeid … Ook aan algemene administratie, zeg maar aan de ambtenarij, geven we een stuk meer uit dan het gemiddelde van onze buurlanden, en daar zit onze ingewikkelde staatsstructuur voor een deel tussen. Ook voor onderwijs zijn wij duurder dan de buurlanden, terwijl het onderwijsniveau bij onze kinderen niet beter is. Op het vlak van Defensie scoren we dan weer slechter.”

Europa zet begrotingskader

Professor Moesen vindt het zorgwekkend dat de vorige regering De Croo I (Vivaldi) er niet in geslaagd is om de overheidsuitgaven onder controle te krijgen. “Maar niet saneren is geen optie meer. In de ogen van ‘Europa’ is België een budgettaire belhamel. Maar de tolerantie van tijdens de voorbije crisissen is afgelopen. Het begrotingskader wordt nu veel strikter opgevolgd. Ik zie twee regels die de begrotingsdiscipline kunnen verbeteren. Eén, maak meerjarenbegrotingen of tenminste meerjarenramingen. België hobbelt nu van het ene jaar op het andere. Neen, zet een begrotingstraject uit. Europa legt dat nu op, met een horizon van 4 tot zelfs 7 jaar om tot de Europese normen te komen. Voor België wil dat zeggen ‘doe eens normaal, werk de aberraties weg! Ga niet in op elke vraag van elke lobbygroep die aan de subsidiedeur komt kloppen.’ Dat meerjarenproject wordt dan een kompas om de begrotingsdoelstellingen te behalen.”

Prof. m. Mark Eyskens nam even het woord en wees op het belang van de draagkracht, namelijk de economische en sociale basis om de staatsuitgaven te kunnen dragen. Cruciaal daarbij is de activiteitsgraad op de arbeidsmarkt. “Wanneer we die landelijk kunnen opkrikken tot 80% - in Brussel en Wallonië zitten we nog niet eens aan 70% - dan zullen de meeste problemen in dit land opgelost geraken.” Prof. Moesen beaamde dit maar stelde tegelijkertijd dat de arbeidsmarkt ‘een gecompliceerde markt’ is en dat de pijnpunten hardnekkig blijken te zijn.

Freddy Nurski en Fa Quix