INTERVIEW PROF. ANJA VAN DEN BROECK:

We mogen/moeten terug naar kantoor!

De afgelopen maanden werd er heel wat van thuis uit gewerkt. Nu de restricties worden opgeheven klinkt de roep steeds luider dat thuiswerk de norm zal blijven. Weg met kantoor! Want thuiswerk is zoveel gemakkelijker om werk en thuis te combineren, files te vermijden en je te kunnen concentreren. Niemand heeft een glazen bol en samen zullen we de toekomst maken. Maar wat weten we vanuit onderzoek over telewerk?

Telewerk is ingevoerd tijdens de jaren ’70. Olie was duur. En de auto wat vaker in de garage kunnen laten staan, was mooi meegenomen. ICT maakte het vervolgens veel makkelijker om van thuis uit te werken en werknemers waren vragende partij. Dankzij thuiswerk was het veel makkelijker om werk te combineren met zorg voor kinderen of tijd voor hobby’s. Organisaties zagen daarnaast mogelijkheden om te besparen op kantoorruimte. In 2015 was België nog het kleine broertje uit de Europese Telewerkklas: amper 16% van de werknemers werkte toen van thuis uit (Polling, 2018). Nederland - waar we onze toch zo vaak mee vergelijken - deed het zoveel beter. Maar liefst 32% werkte toen van thuis uit. Wereldwijd, zijn 25% van de werknemers telewerker (Charalampous, Grant, Tramontano, & Michailidis, 2019). Of waren, want dit zijn natuurlijk pre-corona cijfers.

Waar en wanneer werd er tot voor kort vooral thuisgewerkt in België? Er waren weinig verschillen in leeftijd en woonplaats. Opvallend is wel dat het middenkader en ambtenaren meer van thuis uit werkte dan bedienden en arbeiders. Qua sectoren hoeft het niet te verbazen dat telewerk hoog is in de bankensector, en laag in de gezondheidszorg en horeca waar contact met patiënten en klanten centraal staat (Polling, 2018).

Afstand tot het werk bleek daarnaast de grootste driver om wat vaker van thuis te werken. Was de afstand tot het werk meer dan 30km? Dan werkte 25% van thuis uit. En dat aantal steeg hoe verder men van het werk woonde. Telewerk werd dus vooral gebruikt om pendelen te vermijden. Ook dat hoeft niet te verbazen: pendelen is stresserend (Chatterjee et al., 2020).

Maar wat zijn nu de voor- en nadelen van thuiswerk? Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat telewerkers doorgaans meer tevreden zijn met hun job, minder stress ervaren en minder van plan zijn om hun werkgeluk elders te zoeken. Telewerkers ervaren doorgaans immers meer autonomie in hun werk en minder problemen om thuis en werk te combineren. Volgens hun leidinggevenden presteren ze ook goed. Zelf twijfelen telewerkers soms wel aan hun eigen prestaties (Gajendran & Harrison, 2007).

En daar schuilen meteen ook de addertjes onder het gras. Vanuit hun schuldgevoel, gaan telewerkers vaak ook meer uren kloppen dan dat ze op kantoor zouden doen. Ook op sociaal vlak heeft telewerk nadelen. Wie meer dan 2 dagen per week thuiswerkt, ervaart minder steun van collega’s en leidinggevenden (Gajendran & Harrison, 2007). Zo’n steun kan zowel emotioneel zijn als instrumenteel: Even stoom aflaten na een moeilijke vergadering? Of even hulp vragen over hoe je die code in Excel moet ingeven? Als je bij elkaar op kantoor zit is het net even makkelijker. Sociale steun geven en krijgen gebeurt vaak ongepland. Wie van thuis uit werkt, mist zulke interacties.

Ook wie op kantoor werkt, ervaart nadelen van het thuiswerk van collega’s: kantoorwerkers vangen vaak werk op voor de thuiswerkers. Als je echter al te vaak de telefoons moet aannemen die voor de thuiswerkers zijn bedoeld, stijgt je eigen werkdruk en daalt je autonomie. Kantoorwerkers voelen zich ook eenzamer wanneer hun collega’s thuiswerken. Hoe vaker collega’s van thuis uit werken, hoe slechter hun relatie, waardoor kantoorwerkers beginnen dromen van een andere werkplek bij een andere werkgever (Golden, 2007).

De sociale cohesie, emotionele steun en het delen van informatie zijn trouwens het belangrijkste argument waarom grote organisaties zoals IBM en Yahoo hun werknemers terug naar kantoor riepen. Door het verminderen van het (informele) sociaal contact gingen na verloop van tijd ook de prestaties achteruit: bij de koffieautomaat of de waterfontein werden de plooien gladgestreken, ideeën uitgewisseld, en ontstonden er spontane samenwerkingen. Een dergelijke interactieve cultuur is veel moeilijker op te bouwen als iedereen thuiswerkt. En ook moeilijker in te plannen op die ene dag op kantoor. Want die is al volgepropt met vergaderingen.

Bovenstaand onderzoek is echter gebaseerd op gemiddelden. Er is veel variatie in hoe telewerk wordt beleefd (Nicklin & Mayfield, 2009) en er zijn veel factoren die kunnen bijdragen aan het succes van telewerk (Charalampous et al., 2019): Een goede werkplek thuis met aandacht voor de nodige ergonomische hulpmiddelen zoals een goede stoel en adequate ICT-ondersteuning en goede communicatie tussen thuis- en telewerkers zijn cruciaal. Ook vertrouwen en steun van de organisatie zijn belangrijk: ‘Uit het oog’ mag geen reden zijn tot ‘uit het hart’. Gegevens uit ons eigen onderzoek tonen daarenboven aan dat de motivatie van werknemers om thuis te werken een rol speelt: Wie het gevoel heeft te mogen thuiswerken ervaart meer flow: het gevoel helemaal op te kunnen gaan in het werk en goed te kunnen presteren. Vooral wie het gevoel heeft te moeten thuiswerken ervaart minder sociale steun, is meer gestresseerd en minder enthousiast over het werk. Meer weten over hoe een gezonde combinatie van kantoor- en thuiswerk?

Neem gerust contact op via anja.vandenbroeck@kuleuven.be!

Anja Van den Broeck