Column Martijn Huysmans

De eeuwige stad

In een vorige editie schreef ik over mijn vakantie naar Normandië en de geschiedenis van Camembert als beschermde kaas. Vandaag zoek ik het ook in het buitenland, maar dan in Rome. In april en mei was ik namelijk als Visiting Fellow op bezoek bij de universiteit LUISS. Dat is een privé-universiteit in Rome gespecialiseerd in sociale wetenschappen, met campussen in de buurt van het park Villa Borghese. Net als de FEB is LUISS EQUIS-geaccrediteerd.

VISITING FELLOW BIJ LUISS Wat is dat eigenlijk, een Visiting Fellow? Wel, een academicus die officieel op bezoek is bij een andere instelling. Het doel kan variëren, maar betreft meestal in ieder geval onderwijs of onderzoek. In mijn geval ging het om gastlessen, onderzoekssamenwerkingen opzetten, en het bespreken van een specifieke opleiding die zowel op LUISS als aan de Universiteit Utrecht wordt aangeboden: Politics-Philosophy-Economics (PPE). Tijdens mijn Visiting Fellowship verbleef ik aan de Academia Belgica (https://www.academiabelgica.it/). Dat is een instelling voor Belgische wetenschappers en kunstenaars die in Rome aan een project werken. Vele landen hebben zo’n instelling in Rome: de gebouwen naast ons waren de Egyptische Academie, het Koninklijk Nederlands Instituut Rome, en de Roemeense academie. Het verblijf is betaalbaarder dan op de private markt, en er worden dwarsverbanden gecreëerd tussen de residenten.

HET NUTTIGE EN HET AANGENAME Het officiële gedeelte van mijn bezoek is zeer naar wens verlopen. Het was een verrijkende ervaring waarmee ik nieuwe inspiratie en nieuwe contacten heb opgedaan voor mijn onderzoek. Gelukkig had ik in de avonden en weekenden ook tijd voor ontspanning. Een van mijn activiteiten was het bezoeken van verschillende ijssalons. Op Twitter liet ik mijn volgers meegenieten van mijn bevindingen. En om de gewichtstoename te beperken, ging ik steeds te voet – wat in het heuvelachtige Rome soms best veel energie kan kosten. De combinatie amandel met gekonfijte appelsien van de gelateria dei Gracchi in de buurt van Piazza del Popolo kon mij het meest bekoren. Op één van de avonden ging ik ook naar een bijzonder theatervoorstelling: het waren namelijk de studenten van LUISS die hierin speelden. En het echt bijzondere was dat hun deelname kaderde in een vak dat ze aan LUISS volgen. Ik kan me inderdaad inbeelden dat hier veel nuttige vaardigheden kunnen opgedaan worden, en dat het een interessant contrast vormt met vakken in economie of politieke wetenschappen.

Aan een kleinere privé-universiteit is zoiets natuurlijk makkelijker te organiseren, maar ik moet toegeven dat ik het een inspirerend voorbeeld vond – wat natuurlijk niet wegneemt dat studenten in Leuven en Utrecht in hun vrije tijd ook creatief bezig zijn zonder zo’n geïnstitutionaliseerd vak.

MOBILITEIT EN ECOLOGIE Een paar weken in een ander land studeren of werken geeft altijd nieuwe perspectieven en inzichten. Laat ik er hier twee uitlichten: mobiliteit en ecologie. Gezien ik momenteel in fietsstad Utrecht woon – met de grootste fietsenparking ter wereld – was de mobiliteit in Rome nogal schrikken. Met name de dominantie en quasi-universele aanwezigheid van auto’s viel me op. Rome is natuurlijk heuvelachtig en de archeologische schatten in de bodem bemoeilijken de uitbreiding van de metro. Toch verbaasde het me hoeveel auto’s er zijn, en hoe weinig plekken autovrij zijn gemaakt, zelfs in het toeristische centrum. Gelukkig zijn er wel veel bussen. Je ziet ook elektrische deelfietsen en steps, maar die lossen duidelijk het probleem niet op. In zekere zin maken ze het als voetganger nog onaangenamer: rijdende steps proberen in drukke straten alsnog tussen de voetgangers te maneuvreren, en de lukraak geparkeerde steps bemoeilijken de doorgang.

Qua ecologie viel me op dat er veel minder bewust wordt omgegaan met afval. Bij mijn ijsjes kreeg ik nog vaak (maar niet altijd) plastic lepeltjes. De kantine van de universiteit werkt volledig met wegwerpservies. En drinkfonteintjes worden veel minder gebruikt dan in Nederland. Toch vielen me ook positieve dingen op. De universiteit had zelfs een drinkfontein met gekoeld bruiswater, en bood elektrische deelauto’s aan voor studenten en personeel. En op aanraden van een kennis nam ik de app “Too good to go”. Met deze app (ook beschikbaar in België en Nederland) kan je aan lage prijzen voedsel ophalen bij winkels of restaurants die dit anders na sluitingstijd weg zouden moeten gooien. Een interessante manier om verspilling tegen te gaan en nieuwe winkels of restaurants te leren kennen, met in Rome een breed aanbod.

IN EIGEN BOEZEM Hoe zit het eigenlijk met de duurzaamheid van mijn gedrag? Zo’n buitenlands bezoek vereist natuurlijk ook mobiliteit. Omdat ik mijn impact probeer te beperken, wilde ik aanvankelijk met de trein reizen. Helaas bleek dat bijna ondoenlijk, met een rit van bijna 24u en een nachtelijke overstap van zo’n 4u op het perron in Milaan. Dus koos ik toch maar voor het vliegtuig, met CO2 compensatie. Niet ideaal, maar voor een verblijf van enkele weken vond ik dit relatief verdedigbaar. Wat niet wil zeggen dat het laatste woord is gezegd over de duurzaamheid van academische mobiliteit, ondanks de duidelijke academische en persoonlijke voordelen.

MARTIJN HUYSMANS Is Assistant Professor (universitair docent) aan de Universiteit Utrecht. Hij doctoreerde aan de KU Leuven met politiek economisch onderzoek naar federalisme en de EU. m.huysmans@uu.nl Twitter: @MartijnHuysmans