Iedereen een deugddoende vakantie toegewenst, om meteen daarna de grote vraagstukken mee aan te pakken
Juni 2022. De laatste loodjes voor de zomerluwte. Die loodjes wegen voor de meesten onder ons nog steeds even zwaar als in het spreekwoord, maar toch doet het deugd dat het gaandeweg opnieuw ‘gewone’ loodjes zijn geworden. Het zijn stilaan weer de vertrouwde einde-academiejaarsbesognes van vóór de pandemie. Of toch niet helemaal: een deel van de huidige drukte wordt bepaald door een duidelijke inhaalbeweging, zowel op utile- als dulcigebied, om in Ekonomika-termen te spreken.
Onze studenten konden in de voorbije maanden eindelijk een stukje van het échte studentenleven inhalen, dat gedurende twee jaar grotendeels on hold stond. Sommigen deden dat met zoveel enthousiasme dat ze nu tijdens de examens een inhaalmanoeuvre van een heel andere orde moeten doen. Ook dat is een deel van het leerproces.
Heel wat projecten waarrond binnen de faculteit noodgedwongen even werd getemporiseerd omwille van het crisismanagement en de ‘first things first’ van de voorbije twee jaar, moeten alsnog dringend afgewerkt worden. Een aantal andere belangrijke dossiers kreeg net een boost: ze stonden weliswaar al op de radar, maar hun urgentie werd onderstreept of versterkt door de pandemie. Denken we maar aan het geestelijk welzijn van onze studenten en personeel, educatieve technologie, een kader voor telewerk, de plaats van de wetenschap in het maatschappelijke debat enzovoort. In die zin vormde de pandemie, ondanks de impact op de beleidsruimte, ook een absolute katalysator voor een beleidsmatige inhaalbeweging. En niet onbelangrijk: we hebben in die periode enorm veel inzichten opgedaan, die ons nu helpen om deze dossiers op een betere manier aan te pakken.
Wat geldt voor onze faculteit geldt evengoed voor de maatschappij als geheel: thema’s zoals de klimaatopwarming, migratie, ezondheidszorg, energiebeleid enz. waren tijdens de pandemie even wat minder prominent in onze gedachten, maar ze zijn natuurlijk niet weg. En nu de pandemie meer en meer naar de achtergrond verdwijnt (in de hoop dat Omicron BA.5 niet teveel roet in het eten gooit), vragen ze eveneens een beleidsmatig inhaalmanoeuvre. En tegelijk zijn een aantal daarvan net nog urgenter geworden, met de pandemie en/of de Oekraïne-crisis als katalysatoren.
Zoals één van de bekendste filosofen van de lage landen ooit stelde: ‘Elk nadeel heb zijn voordeel’. Het zou ongepast zijn om in dit geval over voordelen te spreken, maar laten we toch hopen dat de dramatische gebeurtenissen in de voorbije twee jaar een stimulans vormen om een aantal van deze vraagstukken nu grondig en met het oog op de lange termijn aan te pakken. Een noodzakelijke voorwaarde daartoe is dat de betrokken beleidsmakers veel meer dan in het verleden zoeken naar ‘common ground’ en naar gemeenschappelijke belangen, eerder dan te polariseren door kleinere tegenstellingen nodeloos op te blazen. Die common ground is er wel degelijk: hij bevindt zich letterlijk onder onze voeten.
Maar goed, om terug te keren naar het begin van mijn betoog: de inhaalbeweging die we nodig hebben heeft zowel een utile als een dulci kant. En die laatste mogen we zeker niet vergeten. Ik wens alle collega’s, studenten en alumni dan ook een héél deugddoende vakantie!
Wilfried Lemahieu, decaan Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen